De Prestatieladder Socialer Ondernemen (PSO) linkt in hoge mate aan Social Return. Heeft een bedrijf een PSO-keurmerk trede 2, dan kan hiermee in de regio Noordoost-Brabant aan de Social Return-verplichting van 5% voldaan worden. Social Return is echter niet per definitie duurzaam, PSO wel. Om duurzame inzetbaarheid te bevorderen, wordt door overheden daarom steeds vaker gekozen voor PSO-bedrijven.
Door Ernst Salzmann en Guus Weitzel
Steeds meer bedrijven willen structureel duurzaam en sociaal ondernemen. Wil je als bedrijf aantonen in welke mate je socialer onderneemt, dan kun je een objectief certificeringsproces aangaan, met een PSO-keurmerk als resultaat. Dit kan zijn een aspirantstatus, trede 1, 2 of 3. De PSO is opgezet met TNO Nederland en inmiddels uitgegroeid tot een landelijk erkende norm voor inclusief ondernemerschap. Bedrijven kunnen stijgen op de ladder als ze meer werkgelegenheid bieden aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.
Duurzame inzetbaarheid
Het grote voordeel van PSO ten opzichte van Social Return is dat je sociaal ondernemen structureel inbedt in de organisatie. Bij Social Return gaat het vaak alleen over de duur van een opdracht. Maar stuur je medewerkers na afloop van die opdracht weer naar huis, dan heb je het niet over duurzame inzetbaarheid. Daarom past meer dan een kwart van de Nederlandse gemeenten de PSO toe in het kader van Social Return, om zo deze draaideurconstructie te voorkomen en de inclusieve samenleving blijvend te stimuleren.
De PSO maakt Social Return makkelijker
Voor bedrijven in Noordoost-Brabant voldoet de PSO-trede 2 om een Social Return-verplichting tot 5% in te vullen. Zonder dat het nodig is per project allerlei facturen, documenten en ander aantoonbaar bewijs te overhandigen. Sinds anderhalf jaar bestaat er naast de vier PSO-treden ook een 30plus-certificaat, voor ondernemingen waarvan (meer dan) 30% van het personeelsbestand bestaat uit mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De overheid heeft derhalve de mogelijkheid haar opdrachten voor te behouden aan bedrijven met een 30plus-certificaat.
Directe en indirecte bijdragen
Voor de PSO-certificering wordt gekeken naar de directe en indirecte bijdragen. De directe bijdragen zijn arbeidsplaatsen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Indirecte bijdragen zijn sociale inkopen bij sociale werkvoorzieningen of andere PSO-bedrijven. Hoe hoger die PSO-bedrijven op de ladder staan, hoe zwaarder de inkopen meetellen. Dus hoe meer bedrijven een PSO-certificering behalen, hoe makkelijker het voor andere bedrijven wordt zich ook PSO te certificeren.
Steeds meer gemeenten gecertificeerd
Steeds meer gemeenten in onze regio behalen zelf ook de PSO-certificering. Zoals het er nu naar uitziet, hebben eind december negen van de elf gemeenten waar IBN aan gelieerd is het PSO-certificaat. En dat promoten ze ook naar hun opdrachtnemers. Mooi om te zien dat de PSO en Social Return er samen voor zorgen dat steeds meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een eerlijke kans krijgen. Duurzame inzetbaarheid, daar gaan wij voor!