Wat levert IBN eigenlijk op voor de maatschappij? Deze vraag die we onszelf stelden was aanleiding om PwC een onderzoek te laten doen naar Social Return on Investment (SROI). Hierin is echter een aantal zachte baten niet gekwantificeerd; baten die indirect een gevolg zijn van de activiteiten van IBN en zich moeilijker in geld laten uitdrukken. Om toch een beter beeld te krijgen van de zachte baten, hielden we een enquête onder medewerkers en mensen op de wachtlijst.
Een SROI-onderzoek is een methodiek die de impact van IBN op de maatschappij uitdrukt in geld. Immers, het feit dat via IBN bijna 4.000 mensen aan het werk zijn, leidt tot een groot aantal neveneffecten voor de gemeenten: minder uitkeringen, minder gebruik van gezondheidszorg en/of maatschappelijke voorzieningen en extra belastinginkomsten. Ben je geïnteresseerd in de resultaten van dit onderzoek, mail me dan gerust. Want ik wil het nu voornamelijk hebben over de zachte baten.
Indirecte gevolgen
Zachte baten zijn indirect een gevolg van de activiteiten van IBN. Onderzoek toont aan dat mensen zonder werk vaker last hebben van depressieve klachten – veelal in samenhang met psychosomatische klachten, minder tevreden zijn, weinig zelfwaardering ervaren en zichzelf minder bekwaam voelen. Helpen wij mensen aan een baan, dan ontstaan er naar alle waarschijnlijkheid baten voor deze personen in de vorm van een verhoogde kwaliteit van leven. Dit hogere geluksgevoel kan worden doorvertaald naar een kostenbesparing op de geestelijke gezondheidszorg.
Hoe dan?
Door het hebben van een baan krijgen mensen meer regelmaat in hun leven en ervaren ze een voldoening van hun zinvolle activiteiten. Positieve effecten op het welzijn en welbevinden van medewerkers stralen uit naar de directe omgeving. Een verbeterde beleving van geluk en gezondheid kan doorwerken op gezinsleden, familie- en kennissenkring. Sociale contacten nemen toe en dat kan leiden tot minder ongewenst gedrag, zoals verslavingsproblematiek en overlast.
Meten is weten
Om onze veronderstellingen te onderbouwen, hebben we een enquête uitgevoerd onder 500 medewerkers en 500 mensen op de wachtlijst. De respons was 38%, evenredig verdeeld over beide groepen, dus we kunnen spreken van een representatieve steekproef. Uit het onderzoek blijken onomstotelijk de positieve effecten van het hebben van werk. Zo zijn IBN-medewerkers gelukkiger dan de kandidaten op de wachtlijsten. Het overgrote deel van de medewerkers (78%) is daarbij tevreden met de baan. Eenmaal aan de slag, willen of kunnen mensen meer dan ze vooraf hadden aangegeven. Bovendien sporten medewerkers meer dan voordat ze bij IBN in dienst traden en zijn ze sociaal actiever bij een club of vereniging. Hierdoor worden de mentale en fysieke gezondheid positief beïnvloed, en dalen de zorgkosten.
Nog meer effecten
Elementen die niet zijn meegenomen maar zeer waarschijnlijk ook zo hun effecten hebben, zijn de hogere zelfredzaamheid, hogere eigenwaarde en meer vrije tijd voor de directe kring rond de medewerker. Trek je het nog verder door, dan kun je ook de werkgelegenheid voor regulier productiepersoneel en kadermedewerkers in beschouwing nemen, evenals de werkgelegenheid bij toeleveranciers van IBN.
Staatssecretaris Wiebes
In de politiek is men zich er ook van bewust dat het belang van werken het verwerven van inkomen overstijgt. Staatssecretaris Wiebes zegt bijvoorbeeld: “Werken is een van de meest vanzelfsprekende manieren om mee te doen in de samenleving; collega’s te hebben, vrienden te maken, nieuwe ervaringen en nieuwe vaardigheden op te doen, je grenzen te verleggen, zelfvertrouwen te krijgen en durf te verzamelen. Een baan, met al zijn meevallers én tegenslagen, is een leerschool voor het leven. Niet alle banen zijn even leuk, en sommige van ons hebben op maandagochtend even een zetje nodig, maar een leven met werk heeft meer glans en meer voldoening.”
Wil je graag gedetailleerde informatie over de uitslag van de enquête? Neem dan contact met me op. Het zijn echt interessante resultaten.